Wortelknobbelaaltje is op dit moment een veel voorkomende kwaal op chrysantenbedrijven. Door de hoge energieprijzen is niet of later gestoomd, of lichter gestoomd. Dit heeft de aaltjesproblemen vergroot. Nu de gasprijs weer is gedaald zijn de meeste bedrijven met een aaltjesaantasting weer gaan stomen.
Er is nu wel meer ervaring opgedaan met de biologische bestrijding van wortelknobbelaaltjes. In de meeste gevallen is enig herstel van de wortelontwikkeling te zien. In het gunstigste geval kunnen de chrysanten van een aaltjesplek nog als tweede kwaliteit worden geoogst. Echt doding van de aaltjes met behulp van de ingezette biologie is niet aangetoond.
De volgende middelen zijn biologisch ingezet tegen wortelknobbelaaltjes:
- NEMguard DE op knoflookbasis. De ervaringen hiermee zijn positief bij een lichte aaltjesaantasting.
- Inzetten van antagonistische schimmels zoals de schimmel Paecilomyces Lilacinus. Deze
schimmel doodt de eitjes van de aaltjes. De ontwikkeling van de schimmel is echter
afhankelijk van de EC in de grond. Bij een te hoge EC (>0,8 EC) ontwikkelt de schimmel
slecht.
- Inzetten van antagonistische bacteriën. Hier wordt momenteel onderzoek naar gedaan. Bekend is dat de bacterie Pasteuria penetrans een hyperparasiet is die wortelknobbel-aaltjes doodt.
- Middelen zoals Carbosoil en Nemater-Horti en Stimuter-Horti remmen de ontwikkeling van wortelknobbelaaltjes en zorgen voor wortelherstel. Deze middelen zijn goed inzetbaar in de tweede ronde na het stomen op aaltjesgevoelige grond.
- Van champignonmest is bekend dat dit de ontwikkeling van wortelknobbelaaltjes remt. Bij de keuze van een organische bemesting is hiermee rekening te houden.
- Positief is de ervaring met het zaaien van een groenbemester met onder andere bladram-menas en gele mosterd. Als er minimaal zes weken leeglig tijd in het programma zit is het zaaien van een groenbemester tegen aaltjes te overwegen.
- Weerbaar telen maakt de planten minder gevoelig voor schimmels en aaltjes. Een actief
bodemleven breekt plant exudaten af waar aaltjes op afkomen.
- Rassenkeuze: er zijn grote verschillen in gevoeligheid voor aaltjes tussen de rassen. Sommige rassen scheiden veel minder exudaten uit waardoor ze minder gevoelig zijn voor aaltjes. Een goed voorbeeld is het ras Bonita.